Urk vangt ca. 229.500 snoekbaarzen weg in 2021

04/02/2022
Urk vangt ca. 229.500 snoekbaarzen weg in 2021

Op Urk zijn ze in een jubelstemming en dat kan voor sportvissers feitelijk alleen maar het tegenovergestelde betekenen. En inderdaad, niets is minder waar. Sterker nog, wij maken ons ernstig zorgen. De reden voor het feest van de Urkers is dat de gemeentelijke IJsselmeervisafslag een bepaald omzetrecord heeft verbroken. Alleen al bij deze visafslag stopte de teller bij 5,1 miljoen Euro.

Het is HIER allemaal terug te lezen. Dan blijkt dit record ook nog eens jaar op jaar verbroken te worden. Wat de reden is van deze significante stijging? De aanvoer van snoekbaars die goed is voor ruim 50% van de totaalomzet. Dit zijn nog slechts abstracte eurotekens en percentages, maar dan komen we bij het aantal ton zander dat er weggevangen is. Houd je vast… 459 ton … Even voor de duidelijkheid. In 2021 is bij de gemeentelijke IJsselmeervisafslag van Urk 459.000 kilo snoekbaars aan wal gebracht.

Palingvisserij in het verleden. Sinds dat de visserij op aal intensief gereguleerd is, hebben beroepsvissers hun pijlen gericht op schubvis, met snoekbaars als een van hun voornaamste targets. Foto: Beeldbank Rijkswaterstaat

Moeilijk om te bepalen wat een gemiddelde snoekbaars weegt, maar met 2 kilo zetten we erg hoog in. Dat zou betekenen dat het hier gaat om 229.500 snoekbaarzen die het loodje hebben gelegd. Let wel, dat geldt alleen voor de gemeentelijke IJsselmeervisafslag van Urk. En die vangst schijnt sowieso al jaren lekker in de lift te zitten, met uitzondering van 2020.

“Dit moet toch ook desastreuze gevolgen hebben voor de jaarlijkse snoekbaarstrek van de voormalige Zuiderzee via de IJssel naar het zuiden.”

Nu zijn wij geen wetenschappers en kunnen wij niet bepalen wat er qua oogst verantwoord is op een groots water als het IJsselmeer, maar bij deze aantallen beginnen de oren te suizen. Natuurlijk alleen voor het IJsselmeer zelf al, maar dit moet toch ook desastreuze gevolgen hebben voor de jaarlijkse snoekbaarstrek van de voormalige Zuiderzee via de IJssel naar het zuiden.

Groots onderzoek van Sportvisserij Nederland medio 2006 naar de migratie van snoekbaars.

Zander werd gezenderd om aan te tonen hoeveel afstand snoekbaarzen afleggen. Dat bleek enorm te zijn.

Het brengt ons terug naar de post die we eerder deze week hebben gepubliceerd over de beroepsvisserij, klik HIER. Daarin de quote; “Stel je een baars voor van 45 cm. Wegvangen met een net om uiteindelijk voor een tiental euro als filet op een bord te eindigen, of… keer op keer gevangen laten worden door dolenthousiaste sportvissers die alleen al voor dat Oneten twitchplugje van Megabass 30 Euro neerleggen.” Tja, laat op dit verhaal gerust die 229.500 snoekbaarzen los.

Is er op het IJsselmeer niet een gigantische kapitaalvernietiging gaande?

Ondertussen staan ze op Urk hun knoestige handen in een te wrijven en lezen we in het bericht: “Meer aanvoer trekt meer kopers naar de IJsselmeervisafslag. Met een betere prijsvorming tot gevolg, waardoor er ook weer meer vissers komen.” Aan ambitie in deze branche geen gebrek. Kennelijk is het valse hoop om te denken dat de beroepsvisserij niet meer van deze tijd is.

 

Het alom bekende probleem. Het lukt de sportvisserij maar niet om aan de politiek te laten zien dat wij een veel grotere economische impact hebben en daarbij absoluut gebaat zijn bij een goede visstand. Zo lang dat niet lukt, hebben wij sportvissers het nakijken.