In de jaren 60 werd de Atlantische blauwvintonijn voor het laatst gezien in de Noordzee. Helaas verdween deze mega grote tonijnsoort door overbevissing, maar na ruim 60 jaar is de koning van de zee weer gezien in de Noordzee! Wetenschappers zien een herstel van de populaties en het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ) laat zelfs weten dat de tonijn al vaker is gezien in de zee bij Nederland!
Jaren lang is de blauwvintonijn weg geweest door overbevissing en de Japanse sushi-industrie. Maar door goed visserijbeheer en conservatie maakt deze soort een goed herstel mee. Ze zijn nu zelfs weer gespot in de Noordzee. Vorig jaar zijn er twee blauwvintonijnen bij de Westerscheldemonding gezien en ook op andere plekken zoals het Kanaal en de Ierse zee worden steeds meer tonijnen gezien die bijvoorbeeld jagen op scholen haring .
Onderzoek naar de tonijnen
Dat mensen steeds vaker tonijnen zien, wordt ondersteunt door wetenschappelijk onderzoek. Wetenschappers van het European Tracking Network (ETN) gebruiken zendertjes om de tonijnen precies te kunnen volgen. Een Deens onderzoeksinstituut heeft zelfs in het Skagerrak-Kattegat honderden tonijnen opgemerkt. Dit waren tonijnen van ongeveer 2 tot 2,6 meter lang en tot meer dan 300 kg zwaar.
De meest imposante vis van de zee
Door de strenge beschermingsmaatregelen heeft de blauwvintonijn populatie zich in de Middellandse Zee en de Oostzee hersteld. Dat we ze nu ook in de Noordzee zien, betekent niet dat we er al zijn.
Tonijnen kunnen tot wel 3,5 meter lang worden en 700 kg zwaar. Ze halen ongelofelijke snelheden van 70 km/u en hebben een geweldig uithoudingsvermogen, wat ze tot één van de beste jagers van de zee maakt. De reden dat ze zelfs in de Noordzee kunnen verschijnen, is dat ze een uniek systeem van warmterecuperatie hebben, waarmee de vis zijn spieren, hersenen en maag- en darmstelsel warmer kan houden dan het water. Daarom kunnen ze ook in ‘koudere’ zeeën leven.
Gaat het dan ooit eens gebeuren dat wij in onze eigen zee op deze apex predator kunnen vissen? Wij kunnen niet wachten om te zien hoe de populaties gaan groeien.