De MAKKELIJKSTE manier om ENORME snoekbaarzen te vangen!

28/08/2024
De MAKKELIJKSTE manier om ENORME snoekbaarzen te vangen!

De laatste jaren gebruiken de meesten van ons speciale apparatuur en kunstaas om grote snoekbaars te vangen. Vanuit de boot of bellyboat bijvoorbeeld met een LiveScope of dieptemeter, en vanaf de kant gooiend met duur kunstaas. Maar er zijn nog makkelijkere manieren om een bak van een snoekbaars te vangen. In dit artikel legt specialist Albert Dekker haarfijn uit hoe jij hele dikke snoekbaarzen kunt vangen!

Door Albert Dekker – Al vanaf mijn jeugd benader ik grote snoekbaars op de rivier met schuiflood. Een oude techniek die op de dag van vandaag nog prima werkt. Het wordt ook wel feedervissen op snoekbaars genoemd. Vissen hoeft niet moeilijk en duur te zijn zul je merken. In dit artikel ga ik jullie alles uitleggen over deze visserij en wat je er allemaal voor nodig hebt.

 

De setup

Om te beginnen gaan we even naar de uitrusting; welke hengel of molen heb je nodig en welke hoofdlijn gebruiken we? Ikzelf vis graag met lange hengels die sterk en soepel zijn. Denk dan bijvoorbeeld aan een lichte penhengel voor het karpervissen. Deze zijn vaak ideaal voor de klus en je hebt ook nog sport met de kleinere vissen.

Een pen hengel voor het karper vissen volstaat goed voor deze visserij.

Ik zelf vis met de Skp Solitude van Shakespeare. Deze hengel is 3,60 meter lang en 1.5 lb zwaar. De top is lekker soepel, zodat de kleinste aanbeet goed doorkomt maar na het vijfde oog van bovenaf gezien wordt deze een stuk stugger zodat je de haak weer goed kunt zetten. Een 5000 uitvoering molen (met een sterke slipkracht ) eronder en je hebt een prima setje. Voor de hoofdlijn gebruiken we nylon, en de reden daarvoor is dat je schuiflood (dankzij de rek in nylon) makkelijker blijft liggen op de bodem met stromend water. De dikte die ik gebruik is 30 tot 35/00.

Op de molen zit dik nylon omdat je lood dan makkelijker blijft liggen op de bodem.

Wat ook bij de uitrusting hoort, is een driepoot of rodpod met lange voorsteunen. Deze heb je nodig om meerdere redenen. We vissen met onze hengels 45 graden de lucht in zodat de stroming minder vat heeft op je hoofdlijn. En op de stekken waar we vissen, is de grond meestal van beton of steen. Een lang schepnet is ook van belang om de vis goed te scheppen plus een kleine onthaakmat om de vis op te leggen. Neem nog een stoeltje om op te zitten en je uitrusting is compleet.

 

Zo kies jij je stek uit

Als je dan je uitrusting in orde hebt, is het tijd om de grote rivieren op te zoeken. Waar let je allemaal op als je een goede stek zoekt? Snoekbaarzen houden van plekjes waar ze de aasvis goed kunnen verrassen. Denk bijvoorbeeld aan kribben waar je altijd een keerstroom hebt.

Plekken waar snoekbaarzen in een hinderlaag kunnen liggen zijn perfect, zoals bij pontjes.

De snoekbaarzen liggen dan vaak in de diepte te wachten tot er prooivis in de problemen komt door de harde stroming. Deze ontstaat doordat het water tegen de krib op klapt en er zodoende meer water de hoek om wordt gegooid. Als de prooivisjes dan aan de andere kant van de krib komen, zijn ze door een wastrommel gegaan en zijn helemaal de weg kwijt. De snoekbaars weet dit en maakt daar dan ook flink gebruik van.
Ook vis ik vaak bij damwanden omdat het daar al vaak goed diep is en er een flinke stroming aanwezig is. De snoekbaarzen jagen dan vaak tegen de damwand aan of er net iets buiten. Obstakels zijn natuurlijk sowieso altijd goede stekken, denk dan aan brugpilaren, steigers, palen enz.

Steigers met veel schaduw kunnen ook goede plekken zijn.

 

Het vissen kan beginnen!

Heb je een stek gevonden, dan kan het vissen beginnen. Als montage gebruiken we een schuiflood-montage. Deze zet je heel simpel in elkaar. We pakken onze hoofdlijn en schuiven daar een schuifloodje van 70 gram op, daarna pakken we een kraal en schuiven die ook op de hoofdlijn (de kraal beschermt straks je knoop). Dan knopen we een klein warteltje op de hoofdlijn van ongeveer 20 kilo trekkracht. Aan de andere kant van de wartel knopen we een fluorocarbon onderlijn van 35/00.

Zo ziet het er ongeveer uit als het klaar is.

Knip deze af op 90 cm. Dan knopen we een haak F314 maatje 1 á 2 knotless aan de onderlijn, als het goed is, houd je dan ongeveer 80 cm over. We knopen de haak knotless omdat de haak dan bij het aanslaan vanzelf in de hoek van de bek draait. Op deze manier heb je bijna geen missers.

Grotere aasvissen snijd ik in stukken, kleinere kunnen heel aan de haak.

Dan moet er natuurlijk nog aas aan de haak. We gebruiken stukjes of complete dode voorns bij deze visserij als aas. Vaak vang ik er zelf een paar en vries deze dan in zodat ik ze kan gebruiken wanneer ik zelf wil gaan vissen. Zeven tot vijftien centimeter is een prima formaatje. Vaak doe ik de kleinere aasvisjes heel aan de haak en de grotere snijd ik in stukjes en gebruik daarvan dan een stukje. De rest blijft dan in de koelbox met elementen lekker vers.

Zoals je ziet, het werkt!

Als je dan hebt uitgegooid en de hengels neergelegd hebt op de V-steunen, draaien we de boel helemaal strak zodat je hengeltop een beetje doorbuigt. Nu kan het wachten beginnen. We houden de toppen altijd goed in de gaten want een aanbeet kan echt uit het niks komen. Vaak duidelijk te zien door de flinke tikken op de hengeltop. Hierbij is het belangrijk de vis geen lijn te geven en direct aan te slaan. We vissen met klein aas en een snoekbaars heeft het aas bij de eerste tik op de top al goed in zijn bek, wachten hoeft dus niet.

Zo’n snoekbaars heeft een visje heel snel naar binnen, wacht dus niet met aanslaan.

Op deze manier heb je ook bijna nooit slikkers, maar zit de haak netjes in de zijkant van de bek. Makkelijker voor jou om de haak te verwijderen en beter voor de vis. Als we een snoekbaars of andere vis hebben gevangen, leggen we haar op een natte onthaakmat en verwijderen we de haak met een goede onthaaktang. Dan snel een foto en terugzetten in haar element. Bij hoge damwanden en kades laten we de vis weer zakken in het schepnet en wachten we tot deze weer is bijgekomen voordat we haar loslaten. Bij grotere vissen duurt dit wat langer dan bij kleinere omdat ze veel harder vechten.

Tussendoor kunnen er hele mooie verrassingen doorheen lopen!

Ik noemde net al in een zin “andere vissen”, ja er is zeker bijvangst mogelijk. Eigenlijk kun je bijna elke rover wel als bijvangst verwachten. Ikzelf heb al snoek, baars, paling, roofblei, winde en meerval als bijvangst gehad. Altijd leuk als je het vaak niet verwacht. Als laatste tip wil ik meegeven dat deze techniek ook goed in het donker werkt. Door een breekstaaf op de hengeltop te bevestigen, kun je heel de nacht doorvissen. Ik hoop dat het voor jullie een beetje duidelijk is en het zelf ook eens gaan proberen. De vangsten liegen er niet om en vaak vang je de grotere vissen op deze manier.

 

Je kunt deze visserij trouwens het hele jaar toepassen maar het voorjaar en de zomer zijn wel de betere tijden. Succes allemaal! Volg Albert HIER op zijn Instagram en stel hem daar eventueel vragen.