Het zal zo rond 2011 geweest zijn dat ik, toen nog hoofdredacteur van Rovers magazine,een artikel kreeg aangeboden van de Zweed Jörgen Larsson. Als titel had Jörgen gekozen voor ‘Target Shooting’, treffend voor de visserij waar je je met de fishfinder richt op individuele snoekbaarzen in de middenlaag van het water. Inderdaad, het zogenaamde pelagisch vissen dat thans haar weg heeft gevonden onder roofvissers.
Door Sjoerd Beljaars
Die periode gonsde het al van de geruchten over een revolutie op het gebied van snoekbaarsvissen. Tot die tijd was de meerderheid van ons er van overtuigd dat je snoekbaars vlak boven de bodem moest zoeken. Met name in Zweden wist men wel beter, snoekbaars zwemt ook in de middenlaag van het water en laat dat nu net de grotere kastelen zijn. In de Benelux waren er enkelen die hiervan op de hoogte waren en hier wijselijk niet mee naar buiten traden. Een van hen was Marcel Asbroek, iemand die het vizier altijd al op de specimen roofvis gericht had staan.
Met Marcel beleefde ik in het voorjaar van 2012 mijn vuurdoop. Dat wil zeggen, voor het eerst zag ik met eigen ogen hoe deze visserij in z’n werk gaat. We visten die dag op zowel het Haringvliet als op het Hollands Diep. Op het eerstgenoemde water lukte het Marcel al een vis van net boven de 70 cm te vangen met deze techniek. Op het Hollands Diep beleefde hij zijn Magnus opus. Daar ving hij zijn pr snoekbaars van 106 cm. Ik kon mijn ogen niet geloven. Hadden we deze vis destijds officieel ingediend, dan zou hij 100% te boek zijn gegaan als het Nederlands record snoekbaars.
Pelagisch vissen nu
Daarna ging het snel, meer en meer vissers gingen zich verdiepen in deze visserij. En daar waar het leek dat deze visserij alleen vanuit een visboot te doen was, wisten ook bellyboatvissers het lek boven te krijgen. Het hek was en is van de dam. Social media stromen vol met foto’s van grote snoekbaarzen. Al die jaren had ik het feitelijk niet meer in de praktijk meegemaakt, totdat ik afgelopen maand aan boord stapte bij topvisser Arend van der Heijden.
Grote snoek vangen vindt Arend prachtig, maar moet hij kiezen, dan gaat hij voor die machtige grote snoekbaarzen, die nog immer omhuld zijn met mysteries, maar nu met de pelagische visserij meer en meer binnen handbereik komen.
Nog steeds vist hij maar wat graag verticaal en werpend op de glasogen, maar het pelagisch vissen heeft een speciaal plekje ingenomen. “Niet normaal wat een kick zo’n aanbeet geeft. Een sloot adrenaline die je lichaam dan binnen stroomt… Je kunt het gerust een verslaving noemen”, aldus Arend.
Wat is pelagisch vissen?
Tijd om eens te beschrijven wat de pelagische visserij inhoudt. Je zou er een boek over kunnen schrijven dus voor nu in een notendop. Feitelijk is het een grote zoektocht naar die grote vissen die zich in de middenlaag bevinden. Rustig varend op de benzinemotor is het wachten op een signaal, waarbij een geoefend oog kan zien of het om een grote vis gaat.
Eenmaal gevonden valt of staat succes met het er exact boven manoeuvreren van de boot. Geloof maar dat dit een sinecure is, wetende dat je te doen hebt met variabelen als de wind, stroming en natuurlijk de vis zelf… Niks dan lof voor de vaarkunsten van Arend, bijna geen enkele gevonden vis wist bij hem uit het scherm van de fishfinder te ontsnappen.
Goed, dan lig je er boven en is het zaak zsm je shad te laten zakken, in dit geval liefst een slanke shad met een loodgewicht van rond vanaf 50 gram. Op het scherm van de fishfinder wordt het signaal van de zakkende shad gevolgd. Belangrijk om dit zakken op het juiste af te stoppen, aangezien dat de vis kan afschrikken, lees zal afschrikken.
In het ideale geval zweeft de shad vervolgens zo’n 50 cm boven de snoekbaars. Nu zijn we overgeleverd aan het wel of niet nukkige karakter van deze individuele rover. Heeft de vis aasdrang, staat hij op standje ‘agressief’, is hij vaker op deze manier gevangen, heeft hij het spelletje al door?
Bloedstollend spannend als we nu het vis signaal zien toe kruipen naar het signaal van het kunstaas. De twee digitale elementen zitten super dicht bij elkaar, geen speld tussen te krijgen. Nog steeds is dat geen garantie voor succes, want de anti climax is dat we de vis weer weg zien zakken. Aan de snelheid daarvan kun je zien in hoeverre de vis daadwerkelijk argwaan heeft.
De euforie
Natuurlijk is dat het laatste wat we willen. Gaat het volgens het boekje, dan ook zien we het vissen signaal zich oprichten. Vervolgens zien we dat beide signalen samensmelten op het scherm. De visser houdt zijn hengel nu goed vast… BAM! Een harde dreun op de hengel…of… net zo goed een heel voorzichtig tikje. Hoe dan ook slaat de visser hard aan.
De hengel kromt zich en aan het lome kopschudden kun je voelen dat het om een betere snoekbaars gaat. Dan doorbreekt de vis het wateroppervlak en dat is voor mij toch wel het meest verbijsterende moment. Nu pas zien we het vleesgeworden object dat minutenlang slechts een digitale vlek vormde op het scherm, de snoekbaars die zich vergrepen heeft aan de shad, dat evengoed voor ons ‘slechts’ een opeenhoping van pixels was.
Wauw, wat een bizarre visserij! Of we zo vis vingen die dag? Arend en ik zouden werpend, verticaal en pelagisch op snoekbaars vissen. Zo vingen we echt wel wat vis op eerstgenoemde technieken, maar het meeste pelagisch.
Sterker nog, zouden we niet pelagisch hebben gevist, dan waren we toch enigszins van een koude kermis thuis zijn gekomen. Helaas geen 90 plussers, maar met vissen van rond de 70 en 80 cm mochten we absoluut niet klagen. Arend is ook fanatiek wedstrijdvisser. Drie keer raden welke techniek van vaste waarde is geworden in zijn arsenaal aan manieren om de snoekbaars te strikken 😉
Binnenkort een uitgebreide videoreportage van deze bijzondere visdag!