Kano avontuur valt letterlijk in het water

04/09/2018
Kano avontuur valt letterlijk in het water

Hoe vaak worden we niet overspoeld met bizarre visavonturen. Het scheelt weinig of de meterbakken springen in de boot. Maar we weten allemaal dat het ook wel eens flink misgaat. Inderdaad, dat overkomt iedereen. Ook Wilfred van Nunen, een zeer gedreven roofvisser, die eens besloot te gaan kanovissen. Dat heeft ie geweten.

Door Wilfred van Nunen

Het was een aprildag. De gesloten tijd is amper twee weken oud of ik word overmand door vangdrang. Nu zou ik natuurlijk met mais kunnen gaan karperen of met wormpjes kunnen gaan feederen, maar daar heb ik de spullen niet meer voor. Wel heb ik, sinds enkele jaren, een opblaaskano waarin ik in de zomervakanties aan zee regelmatig op zeebaars vis. Waarom niet weer eens met dit ding naar het Oostvoorne Meer (OVM)? Je mag daar het hele jaar door met een (van een enkele haak voorzien) stukje kunstaas vissen. Er zwemmen de nodige forellen rond, waaronder imposante, en bovendien is de bodem her en der bezaaid met botten van koekenpanformaat. Deze platteriken zijn niet vies van een klein shadje en, mits licht gevist, geven ze prachtige sport!

Zo arriveer ik bij het krieken van de dag, na een rit door het mistroostige Europoortgebied, bij slag ‘Baardmannetje’ aan het OVM. Ik parkeer de auto vlak bij het water dat er sereen bij ligt. Ik ben de eerste en voorlopig de enige. Het fluitende geluid van de voetpomp schalt over het water. Binnen tien minuten is de Grand Argus Kano visklaar.

Dan nog helemaal blij met mijn combinatie…

Ik ga de auto in om de dieptemeter te pakken. Shit, vergeten! Oei, nu wordt het wel lastig om de taluudjes op te zoeken. Nou ja, niks aan te doen, dan maar ‘op gevoel’. Van de laatste sessie, twee jaar geleden, heb ik de plekken nog ongeveer in mijn hoofd zitten.

bottenfestijn

Ik peddel er naartoe en laat het ankertje zakken. Niet veel later fladdert een klein shadje op een kopje van 7 gram naar beneden. Dát duurt wel erg lang! Ik lig te ver uit de kant. Hup, anker lichten en iets dichter naar de dammetjes toe. Daar krijg ik vlotter bodemcontact. Het duurt niet lang of de eerste droge tik is een feit. Een prachtige bot komt in vlinderslag naar boven, om twee, drie keer terug te buitelen. Ook een mooie forel meldt zich aan het shadje. Genieten, dit!

Botten als pannenkoeken, het begin ruikt naar meer, geen vuiltje aan de lucht…

Na een tiental vissen valt het stil. Ik besluit een stukje verderop te gaan kijken. Ondertussen, zo bedenk ik me, kan ik wel een plugje mee laten zwemmen. Was die bekoring nou maar aan me voorbij gegaan!

Maar ja, daar peddel ik dus met een hengel onder het achterste bankje van de kano geklemd. Ik peddel lekker door, zodat het plugje telkens vertraagt en versnelt. Geen verkeerde methode, denk ik, en de gedachte heeft me amper verlaten of …BAM…ZZZZZZZZZZZZZ! …..de hengel schokt en de slip giert.

IK WEET HET NU NOG NIET. WEL, DAT IK INEENS IN HET IJSKOUDE WATER LAG.


Het handvat wordt half onder het bankje vandaag getrokken. Ik schrik me een ongeluk en vrees voor het ergste: een overboord getrokken hengel. Omdat dat toch wel het láátste is wat mag gebeuren, sta ik in een reflex op en buig voorover om de handgreep te pakken. Maar, o schrik! Ik ben een fractie van een seconde te laat. Daar ligt de hengel in het water. Zonder na te denken buig ik nóg dieper. Of is het gewoon een duik geweest? Ik weet het nu nog niet. Wel, dat ik ineens in het ijskoude water lag.

Was een groter formaat forel dan deze de boosdoener? We zullen het nooit weten. 

Opnieuw is het een reflex die me ingeeft weer aan boord te klimmen. Maar, met een zwemvest en winterkleding aan lukt dat gewoonweg niet. De kano kantelt, dreigt om te slaan, maar ik laat ‘m nét op tijd los, zodat hij terugvalt. Maar…mijn fotocamera, die op een statief in de kano stond, blijkt over het kantelpunt heengegaan. Met een geniepig plonsje valt hij naast mij in het water. Ik zie hem in het kraakheldere water naar beneden zakken. Ik kan niets doen, alleen ernaar schoppen. Dat doe ik ook en wat is het geval? Ik heb de draagriem te pakken! Ik haal de camera met statief van mijn voet en leg ‘m in de kano.

uitputtingsslag

In de paar minuten dat ik aan de kano geklampt hang, blaast een westelijk briesje me steeds verder van de kant. Ik moet gaan zwemmen en snel, anders wordt het een uitputtingsslag. Me door de wind naar de andere kant laten waaien is in water van een graad of 8 geen optie. Dan ligt onderkoeling op de loer!

Met de armen op de kanorand weet ik met een ferme beenslag na een minuut of tien ondieper water te bereiken. En nog een minuut later weet ik: hier kan ik staan. Daar sta ik dan, als een verzopen kat in kniediep water te hijgen. Mijn longen doen pijn, mijn benen van ruim een halve eeuw oud trillen. Ik besef, dat ik het er goed heb afgebracht. Een paar honderd meter verderop staan twee vliegvissers in kniediep water. Zij hebben mijn zwemvaardigheid gadegeslagen. Ik kan ze bijna zien denken: wat een malloot!

IK HAAL MIJN TELEFOON UITMIJN BROEKZAK EN OOK DIE HEEFT DE GEEST GEGEVEN.


Druipnat ga ik in de kano zitten en peddel terug naar de parkeerplaats. Daar aangekomen blijkt mijn camera het niet meer te doen. Ik haal mijn telefoon uit mijn broekzak en ook die heeft de geest gegeven. Wat een vette pech! Het meest onverdraaglijk echter vind ik de gedachte dat er ergens een brute forel rondzwemt, met een haak in de bek en een hengel achter hem aan zeulend.

Ik heb mooiere momenten met mijn kano meegemaakt 😉

Gelukkig heb ik een setje droge kleren bij me. Met de verwarming in de auto aan, voel ik me snel bekomen. De aanbeet en de gierende slip blijven steeds terugkomen op mijn net- en trommelvliezen. Wat een pechdag…Hengel kwijt, camera kapot, telefoon kaduuk. En bovenal…een grote vis verspeeld en ongemak bezorgd. Ik hoop nog steeds dat-ie er snel in geslaagd is, het kunstaasje met dat enkele haakje van zich af te schudden. Ik kan er maar beter niet meer aan denken.

Toch blijft de het moment met enige regelmaat terugkeren in mijn gedachten, tot op vandaag. Het heeft er in elk geval in geresulteerd, dat ik steuntjes heb gemonteerd op de bank van de kano, waar een hengel niet uitgetrokken kaN worden. Door schade en schande weer wijzer geworden!

Wilfred van Nunen