Met deze 10 tips ga jij je eerste NL meerval vangen – Tobias Stuurman

Een van de lastigste vissen om te vangen in Nederland is de meerval. Door zijn grootte lijkt deze heilige graal onder de vissen vrij lomp, maar niks is minder waar. De meervalvisserij is zeer lastig en taai en subtiliteit kan zomaar een cruciaal aspect zijn. MeervalMeister Tobias Stuurman helpt je op pad om met deze 10 tips je eerste NL meerval te vangen. 

Door Tobias Stuurman

---

KIJKTIP: Gisteren was deze meerval baas nog te zien bij Vis TV, klik HIER mocht je het gemist hebben 🙂

---

 

Tip 1> Geef niet op!

“Meervallen is waar afzien genieten wordt.” De uiteindelijke voldoening is met geen pen te beschrijven.

Er zijn je heel wat mensen voor gegaan en 90% hangt de meervalstokken in de wilgen na talloze blanksessies. Deze mysterieuze en slinkse vis laat zich niet zomaar vangen, maar de voldoening is des te groter als je uiteindelijk met een meerval in je armen staat. Meervallen is waar afzien genieten wordt. Ga er lekker voor zitten, geef niet op en geniet vooral van de reis!

 

Tip 2> Vis op de juiste plek

Het allerbelangrijkste is logischerwijs dat je op de plek vist waar meerval huist. Meerval ligt verspreid over alle grote rivieren in Nederland. Maar waar moet je zijn en hoe kom je daarachter? Een dieptekaart zoals bijvoorbeeld Navionics is je beste vriend. Investeer tijd in het zoeken van potentiële stekken. De interessante stukken hebben vaak diepte*, steile taluds, kuilen, obstakels/begroeiing, stroming en afwijkende kribben etc.

*Als voorbeeld: op een ondiepere rivier is een diepteverschil van een halve meter voldoende voor de meerval om er te blijven liggen.

Waar in vredesnaam te beginnen?

Zorg ervoor dat je voorbereid ben en vis de stekken secuur af. In het begin zou ik het vissen beperken tot 2 of 3 stekken om in een korte tijd zoveel mogelijk te leren en de kennis te verwerken. Als je langer vist en succesvol bent rouleer je met visstekken om al teveel visdruk te voorkomen.

 

Tip 3> Gebruik het juiste materiaal

Meervallen zijn oersterk, vergis je daar niet in. Een vis verspelen, omdat het materiaal niet deugt mag geen excuus zijn.

Karperhengels volstaan niet, als je op meerval gaat vissen, schaf dan een degelijke meervalpook aan met een werpgewicht van 200-250 gram. Zorg verder voor een hufterproof reel of molen, neem 40/00 gevlochten hoofdlijn en gebruik dikdradige haken. Het scheelt weer een scheldpartij als je na een lange zoektocht een meerval verspeelt omdat je materiaal niet op orde is. Aan het materiaal mag het niet liggen!

 

Tip 4> Leer je dieptemeter kennen

Vooraf kon ik het signaal overduidelijk als meerval determineren.

Heb je je fishfinder in de smiezen, dan leer je een meervalsignaal herkennen en verspeel je minder tijd aan het vissen op een signaal wat een grote snoek of snoekbaars blijkt te zijn. Op je scherm is een meervalsignaal net zo dik of dikker als je aas op je scherm. Vaak herken je een meerval ook aan zijn zwemgedrag. Waar een snoekbaars of een baars snel omhoog komt en weer omlaag schiet zwemt een meerval vaak geleidelijker met je aas mee. Ze stalken in feite het aas om vervolgens weer langzaam omlaag te zakken. Als je twijfelt, vis het signaal dan aan; liever één keer teveel laten zakken dan een mooie meerval laten liggen.

 

Tip 5> Volg de vis

Een minder duidelijk signaal hoeft zeker niet te betekenen dat het om een kleinere vis gaat.

Inhakend op de vorige tip, zorg ervoor dat je bij de vis blijft. Als je een wat minder duidelijk signaal tegenkomt(minder dik) betekent dit niet altijd dat het een kleine vis is. Soms passeer je een vis die wat verder uit de cone van je transducer ligt. Wanneer je met de (belly)boot naar links wendt en het aas wordt minder zichtbaar* dan weet je dat de vis aan de rechterkant van je boot ligt. Het vereist wat oefening, maar zodra je dit leert dan blijft je langer boven de signalen liggen en wordt de kans groter dat je aas door een potentiële bak wordt gepakt.

* zichtbaar; het signaal wordt dikker of donkerder gekleurd. De lengte van het signaal geeft niet aan hoe groot de vis is, maar hoe lang de vis in de cone blijft hangen.

 

Tip 6> Master het spel

Eenmaal de meerval gevonden is het game on. Hoe je het signaal aanvist is cruciaal. Laat het aas gerust 1,5 meter tot een meter boven de vis zakken en wiebel een paar keer, als de vis komt kijken, houd je aas zo stil als kan. Als de vis wegzwemt kun je het aas langzaam mee laten zakken of omdraaien en er nog een keer over heen gaan; ditmaal laat je het aas wat dichterbij de kop zakken of rond de diepte tot waar je de vis heb zien wegzwemmen.

Wormen, absoluut topaas! Maar… soms kan een stuk kunstaas toch net wat beter in de smaak vallen. Zeker in de winter.

Mocht de vis het aas een aantal keren weigeren vaar er gerust nog een paar keer overheen, sommige meervallen ving ik pas na 10-20 keer passeren. Het wil ook nog weleens helpen om van tactiek te wisselen. Zo heb ik altijd een tweede hengel gereed met een grote shad. Mocht de vis de pieren negeren, dan switch ik door naar kunstaas wat zeker in de winter erg effectief kan zijn!

 

Tip 7> Houd je aas hoog in het water

Meervallen pakken in 99% van de gevallen het aas van onder. Zodra er een meerval boven je aas passeert en je haalt je aas omhoog dan kan de vis schrikken en is hij weg. Er zijn dagen dat je maar één vis tegenkomt en die wil je niet spooken! Het is daarom beter om je aas hoog te houden en pas te laten zakken zodat je boven de vis blijft.

Het is van groot belang dat je de gedragingen van meerval leert kennen.

Daarnaast zijn de vissen hoog in het water vaak actiever, de kans dat deze je aas pakken is groter dan een vis op diepte. Mocht je op een stek vissen waarvan je zeker weet dat ze er liggen, maar je scherm blijft leeg, vis dan korter tegen de bodem. Soms lijkt het water leeg, maar dan liggen ze gewoon ergens verstopt in de bodem.

 

Tip 8> De aanbeet

Er zijn meerdere typische meervalaanbeten. Soms voel je heel zachtjes wat plukken of krijg je een paar felle tikken op de top, bij de andere keer krijg je niet eens de tijd om aan te slaan en duiken ze er volgas op. Hoe de aanbeet ook komt, heb geduld! Houd je hengel 30-40 cm boven het wateroppervlak zodra de aanbeet komt en wacht je tot je weerstand voelt.

Je kunt het je haast niet voorstellen, maar soms is de aanbeet niet veel meer dan enkele tikjes op de hengeltop.

Dat is het moment dat de meerval je aas te pakken heeft en er vaak mee wegzwemt. Wacht tot je hengeltop onder water wordt getrokken, op dit punt kun je namelijk de meeste kracht op je hengel zetten.  Wanneer je de top hoger houdt tijdens het aanslaan, dan mis je de power om de haak goed te zetten, waardoor de kans groter wordt dat je misslaat of de vis verspeelt.

 

Tip 9> Zet de slip potdicht

Zet de slip dicht en houd de dril niet langer dan noodzakelijk.

Op het moment dat je aanslaat is het belangrijk dat je de haak goed kunt zetten en dus zet je je slip dicht. De meerval heeft een harde bek en door goed krachtig aan te slaan pakt de haak vlees in de zijkant van het zachtere gedeelte van de bek. Nog een voordeel van een dichte slip: tijdens het drillen heeft de meerval minder kans om weg te zwemmen en kun je volop druk op de vis houden. Zo zul je minder vissen verspelen, je hebt meer controle en wordt een te lange dril voorkomen.

 

Tip 10> Verzorging

Wanneer je de vis hebt geland wil je de vis natuurlijk meten en een mooie foto maken. Eenmaal gevangen houd ik de meerval met 1 hand aan de onderkaak beet en blijf ik even 2-3 minuten met de vis in het water zitten voordat ik een foto van de vis maak. Na een behoorlijk gevecht laat je de vis eerst even op adem komen om zo de vis veilig en wel weer terug te kunnen zetten.

Zorg ervoor dat je een meerval zo optimaal mogelijk terug kunt zetten.

Je kunt de vis ook stringeren met een touw, dit wordt vaak bij de grotere snorren gedaan. Het touw gaat dan vanaf de kop gezien voor de eerste kieuwboog door de kieuw naar buiten en wordt vervolgens vastgeknoopt. Je laat de vis in het water op adem komen en zo heb jij de tijd om op je gemak alle spullen gereed te maken voor het meten en fotograferen. Als je de vis op de kant trekt, zorg dan dat je een natte mat op de kant hebt liggen en laat de vis zo kort mogelijk uit het water.

Haal grotere vissen niet uit het water. Zo is de foto minstens zo vet toch?!

De grotere vissen haal ik niet meer uit het water, ze bereiken dan een gewicht waarbij ik het niet prettig vind om ze aan de onderkaak uit het water te trekken. Mocht je het gewicht niet meer kunnen houden, dan kun je de vis gewoon weer in het water laten zakken, goed voor de vis en voor jou.

 

Succes met deze tips Roofmeisters! Dit moet je een flink stuk op weg helpen. Meerval is een warmteminnende soort en nu is het echt toptijd voor de snorremans. In de winter is het vaak wat lastiger, maar ook dan weet Tobias ze te vangen.