Zo vang je grote snoek met dood aas in de winter – Jeroen Bouwer

Zodra de ‘R’ in de maand zit, trekken veel snoekvissers er op uit met dood aas. De snoeken verzamelen zich en liefst in de buurt van grote scholen witvis die beschutting zoeken tegen de winterse omstandigheden. De snoek is wat passiever in deze periode en dood aas het ideale wapen. Specialist Jeroen Bouwer legt uit hoe hij deze visserij aanpakt.

Door Jeroen Bouwer

Inderdaad, als we de ‘R’ in de maand krijgen, dan weet je dat de dagen korter worden en het kouder wordt. Mijn favoriete visserij is het vissen met dood aas onder de dobber en daar ben ik nu volle bak mee bezig.

Als de dagen korter worden…

Ik gebruik een stevige spinhengel, bij voorkeur rond de 3 meter, een hengel die genoeg top actie heeft zodat je de aasvis ermee weg kunt zetten zonder hem van de haak te gooien; onderin moet hij genoeg ruggengraat hebben om de haak te zetten bij een aanbeet. Een molen van het 3000/4000 formaat voldoet prima en een  25/00 gevlochten hoofdlijn is sterk genoeg voor de grotere vissen.

Bolle drijvers die ik heel secuur uitlood zodat snoek bij het toehappen nauwelijks weerstand kan voelen.

Het uitloden van de dobber is een essentieel onderdeel, teveel weerstand kan er namelijk voor zorgen dat de snoek argwanend wordt en losgaat voordat je de haak kunt zetten. Ik houdt meestal 10 gram verschil aan, dus 20 grams dobber en 10 gram lood. Uiteraard heb je ook nog van doen met het gewicht van de aasvis.

Iets wat ik nog niet veel zie, maar waar ik volop vertrouwen in heb is het gebruik van fluorocarbon voor mijn onderlijnen. Fluorcarbon is schuurbestendig, onderwater nagenoeg onzichtbaar en je kunt het, na het vangen van een vis, goed controleren op schade.

 

De beste periode

Voorheen begon ik altijd na de eerste nachtvorst, omdat het water dan echt goed koud is, maar daar ben ik van terug gekomen. De watertemperatuur is niet leidend. Ik denk dat het in combinatie gaat met het korter worden van de dagen.

Temperatuur is in mijn ogen helemaal niet allesbepalend.

Ongeacht een hele heftige daling van de temperatuur denk ik dat snoek alleen al met minder daglicht een signaal krijgt om te migreren, ongeacht of er nu goed nachtvorst is geweest. Al met al denk ik dat de korter wordende dagen een betrouwbaarder gegeven zijn dan de temperatuur.

 

De beste stekken

In de koudere periode schoolt de witvis samen op stekken met veel beschutting, gedeeltes in de luwte of diepere gedeeltes van het water. Als ze maar kunnen schuilen tegen de mogelijk gure omstandigheden van de winters.

Grote havens zijn voor mij de ideale stekken, de witvis trekt daar maar wat graag naar toe. Er liggen boten die in de winter bewoond worden en dus verwarmd zijn, ideaal voor een vis om bij in de buurt te liggen. Grote steigers of delen waar veel boten bij elkaar liggen zijn weer ideaal als schuilplaats voor zowel witvis als snoek.

Mijn uitrusting met klein materiaal met misschien wel het meest opvallende, fluorocarbon.

Witvis denkt er veilig te zijn en de snoek gebruikt het om uit de dekking toe te slaan. Je aasvis onder de dobber strak tegen een boot aan leggen kan dus erg goed zijn. Gedeeltes in de luwte kunnen ook erg goed zijn. Zeker als de wind een tijdje uit dezelfde hoek komt, ligt de witvis graag in deze rustige hoeken. Ze wanen zich veilig, maar drie keer raden wat daar net zo goed op de loer ligt.

 

 

De favoriete dood aas vis

Over mijn favoriete aasvis onder de dobber kan ik heel duidelijk zijn, ik gebruik altijd en enkel alleen blankvoorns en het liefst van tussen de 20 en 30 cm. Het is een zeer natuurlijke aasvis en een die hoog op het menu van de snoek staat. Belangrijk om erbij te vermelden is dat ik vers dood aas gebruik. Ik vang de voorns zelf en maak ze net voor gebruik dood om het zo natuurlijk mogelijk aan te bieden. Let hierbij wel op dat je de zwemblaas van de aasvis door prikt, hiermee voorkom je dat de vis onderste boven onder je dobber gaat hangen.

Geen ingewikkeld gedoe en gewoon vissen met één enkele dreg. Dat volstaat…

 

Statisch VS dobber

Voor mij is er geen speciale reden om te kiezen voor een van deze technieken. Er zijn zoveel situaties die bepaalde theorieën ontkrachten en dus moet je sowieso doen waar je vertrouwen in hebt en iets wat je uiteraard ook leuk vindt. Persoonlijk denk ik wel dat je de echt grote snoeken eerder vangt met dood aas, gepresenteerd op bodem.

Dobber of statisch? Het is maar net waar jij het meeste vertrouwen in hebt.

Er wordt immers veel met aasvis onder de dobber gevist en minder statisch op de bodem, daarmee kan je dus een bepaalde dressuur op een water doorbreken. Laat ik het zo zeggen, op klassieke stekken zoals in een haven zou ik voor de dobbertechniek kiezen en op een zandput of een rivierplas zou ik dan eerder statisch gaan vissen.

 

Hopelijk hebben jullie wat aan deze tips Roofmeisters. Geloof maar dat Jeroen een diehard crack is met dood aas. Vergeet je niet te abonneren op zijn YT-kanaal waar hij regelmatig supervette visavonturen uploadt. Klik HIER.